Uit het Sociaal Culturele Rapport 2016 (Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Haag) blijkt dat we door de opkomst van social media in de afgelopen jaren meer verbonden zijn geraakt met anderen dan ooit. De tijd die we echter uittrekken voor sociale contacten is de afgelopen decennia echter sterk afgenomen. We staan dus met meer mensen in contact in minder tijd, en op meer afstand. Deze trend zal zich naar alle waarschijnlijkheid ook in de toekomst voortzetten, omdat ten eerste de jongere generatie de oudere zal vervangen. Dit betekent dat de sociale gewoontes van de jongeren van nu zich zullen voortzetten, wanneer de jongeren van nu ouder worden. Ten tweede speelt flexibilisering een rol, bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt. Ten derde kan verdergaande urbanisatie bijdragen aan de ontwikkeling. En tot slot zullen de mogelijkheden van sociale media verder toenemen.
Behalve het feit dat we met meer mensen contact hebben in minder tijd verandert ook de organisatie van relaties. Een voorbeeld daarvan is de ontwikkeling van groepen naar netwerken. Een ander voorbeeld is de loskoppeling van verschillende contexten waarin we leven. Vroeger speelde het leven van veel mensen zich nog af in een enkele omgeving waarin zij woonden en werkten, te midden van hun familie en vrienden. Door de toegenomen mobiliteit is deze omgeving van familie, vrienden, collega’s, buren, enzovoorts opgesplitst in verschillende werelden.
Naast de toename van het aantal contacten, stijgt ook de individualisering. Dit heeft tot gevolg dat ouderen meer en meer in een isolement terecht komen. Het overheidsbeleid is er echter op gericht om ouderen te laten blijven participeren in de maatschappij.